In ieder van de vier Amsterdamse windstreken zijn er Toptrajecten voor leerlingen uit het voortgezet onderwijs die tijdelijk intensieve hulp nodig hebben. De teams bestaat uit twee docenten (master educational needs of gelijkwaardig), een ambulant hulpverlener en een schoolpsycholoog die handelingsgerichte diagnostiek verricht en de trajecten inhoudelijk ondersteunen. De schoolpsycholoog werkt nauw samen met de consulenten van het Onderwijsschakelloket.
Het Toptraject is voor leerlingen van twaalf tot achttien jaar van reguliere scholen in Amsterdam, die door omstandigheden niet goed kunnen functioneren op hun school. Hierdoor dreigen ze vroegtijdig uit te vallen. Bij deze leerlingen speelt vaak één of meer problemen op het gebied van werkhouding, motivatie, externaliserend of internaliserend probleemgedrag, problemen thuis of in de vrije tijd, of onduidelijkheid over welk vervolgtraject voor de leerling haalbaar of wenselijk is. Deze leerlingen kunnen naar verwachting met goede diagnostiek en intensieve begeleiding wel hun onderwijscarrière binnen het regulier onderwijs voortzetten.
De leerling maakt binnen het regulier onderwijs zijn of haar schoolloopbaan af, liefst op de school van herkomst.
Om het gestelde doel te kunnen bereiken werken we binnen het Toptraject aan:
·
Een Toptraject kent verschillende onderdelen die ingezet kunnen worden.
1. Handelingsgerichte diagnostiek. Wanneer de mentor en de zorgcoördinator signaleren dat een leerling hulp nodig heeft, schakelt deze preventief de schoolpsycholoog van het Toptraject in. De schoolpsycholoog onderzoekt samen met leerling, ouders en school wat er aan de hand is en wat nodig is om de leerling te helpen (handelingsgerichte diagnostiek). Mogelijk kunnen de leerling en zijn/haar docenten met de juiste adviezen weer verder.
2. Kortdurende intensieve hulp (3-4 maanden). Deze hulp bestaat uit
3. Inzet van de TOPklas
Altra biedt deze hulp op de eigen school of tijdelijk en/of gedeeltelijk in een Topklas. In iedere windstreek is een Topklas verbonden aan een reguliere school, te weten Apollo, Mundus, Montessori College Oost en Hogelant. Ook een mix is mogelijk: bijvoorbeeld twee dagen onderwijs op de eigen school (waarbij docent en hulpverlener begeleiden) en drie dagen klassikaal les in de Topklas.
4. ATOS Transfer en nazorg (maximaal zes maanden). Om de kans op succes na terugkeer op de eigen school te vergroten, krijgt de leerling vanuit het TOPtraect nog nazorg. Hier richten we ons op de doelen die in het toptraject zijn gesteld en nog niet (volledig) zijn behaald. Altra betrekt hierbij zoveel mogelijk school, leerling en ouders.
5. Ondersteuning van docenten(teams) rondom de aanpak van de terugkerende leerling, als dat nodig is.
De school waar een leerling ingeschreven staat blijft verantwoordelijk voor de leerling. De school -meestal de zorgcoördinator – zorgt dat er lesmateriaal, toetsen of examens zijn en worden nagekeken, coördineert dat de leerling (deels) lessen volgt op de eigen school en er iemand van school aanwezig is bij evaluatiegesprekken. Als een leerling op een andere reguliere school voor voortgezet onderwijs zijn/haar schoolloopbaan vervolgt, is die school pas verantwoordelijk na definitieve inschrijving van de leerling. Het Toptraject verplaatst zich dan naar die school.
Het Samenwerkingsverband brengt kosten voor plaatsing in het Toptraject in rekening volgens het ‘geld volgt leerling’- principe. Een school ontvangt van het Samenwerkingsverband een factuur voor het aantal schoolweken dat een leerling binnen het Toptraject onderwijs volgt.
Aanmelding voor een Toptraject vindt plaats via LISA. Hiervoor is een compleet dossier nodig. De consulent van het Onderwijsschakelloket besluit over de inzet van het Toptraject.